Franse voedingsproducenten verlagen prijzen om inflatie te beteugelen

Gepubliceerd op 09/06/2023 22:00 in Economie

Het ministerie van Financiën in Frankrijk heeft overeenstemming bereikt met 75 grote voedingsproducenten om de prijzen van honderden producten te verlagen, om zo de hoge inflatie in het land te beteugelen. Minister Bruno Le Maire maakte bekend dat pasta, gevogelte en olie deel uitmaken van de lijst van producten die goedkoper worden vanaf volgende maand. De prijsverlagingen zouden tot wel 10 procent kunnen oplopen. Bedrijven die zich niet aan de afspraken houden, kunnen rekenen op sancties.

Het is niet duidelijk welke bedrijven exact betrokken zijn bij de afspraken. Het gaat echter om de grootste producenten van het land, die samen 80 procent van alle voeding maken die Fransen consumeren. Bruno Le Maire dreigt echter publiekelijk namen te noemen van bedrijven die zich niet aan de afspraken houden.

Unilever heeft bevestigd dat het een van de bedrijven is die bij de gesprekken betrokken is. De woordvoerder van het Britse voedselconcern geeft aan dat ze in gesprek zijn met het ministerie en andere belanghebbenden om te achterhalen wat de beste manier is om de koopkracht van de Fransen te dienen.

De maatregelen van Frankrijk hingen al een tijdje in de lucht vanwege de hoge prijzen. In mei waren de voedselprijzen 14 procent hoger dan in dezelfde periode van vorig jaar. Om deze reden drong minister Le Maire al langer aan om de prijzen te verlagen. Vorige maand dreigde hij zelfs met belastingmaatregelen om de winsten van voedingsbedrijven af te romen als ze niet in gesprek wilden gaan.

Eerder ging Hongarije al een stap verder door verplichte prijsverlagingen op te leggen aan supermarktketens voor bepaalde basisproducten. Deze maatregelen werden genomen om de hoogste inflatie van de Europese Unie af te remmen.

Ook Nederland kampt met hoge inflatie, waarin voedselprijzen een grote aanjager zijn. In mei lag de gemiddelde prijs van alle producten 6,1 procent hoger dan in mei vorig jaar. Vooralsnog lijkt ingrijpen, zoals in Frankrijk en Hongarije, in Nederland niet aan de orde.