Nederlandse vissersvloot lijdt opnieuw verlies in 2023

Gepubliceerd op 31/05/2024 22:00 in Economie

De Nederlandse vissersvloot heeft opnieuw een moeilijk jaar achter de rug in 2023, na een slecht 2022 door hoge brandstofprijzen. Uit een berekening van de Wageningen University blijkt dat ondanks een daling van 30 miljoen euro (16 procent) in kosten, de kottervisserij een verlies van 3,1 miljoen euro heeft geleden.

Dit verlies is voornamelijk te wijten aan de drastische verkleining van de vloot door de sanering van schepen, waardoor belangrijke visquota niet konden worden binnengehaald. Zo werd er ongeveer een derde minder schol en tong aangevoerd.

Met name in de garnalenvisserij is de malaise groot, aangezien de garnalenvissers vorig jaar 8 miljoen euro verlies leden, terwijl ze in 2022 nog een winst van 5,5 miljoen euro boekten. Boomkorvissers daarentegen lieten wel herstel zien, met een winst van 4,5 miljoen euro na een verlies van 0,8 miljoen euro in 2022.

Hoewel de kleinere visserij vorig jaar nog winst maakte, groeien ook hier de zorgen. Vissers van schelpdieren, zeebaars en harder behaalden samen 2,3 miljoen euro winst, in vergelijking met ruim 8 miljoen euro een jaar eerder. De veroudering van de vloot vormt een groot probleem, aangezien de kotters gemiddeld 39 jaar oud zijn en modernisering uitblijft.

De coalitie van PVV, VVD, NCS en BBB belooft in het hoofdlijnenakkoord om ervoor te zorgen dat vissers "weer een goede boterham kunnen verdienen". Om dit te ondersteunen is het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit omgedoopt tot ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur. Er wordt gehoopt dat deze veranderingen de Nederlandse visserijsector kunnen ondersteunen en stimuleren.