Vakantiegeld valt voor sommige Nederlanders dit jaar hoger uit dan vorig jaar

Gepubliceerd op 25/04/2024 07:00 in Economie

Het is bijna mei en dat betekent dat veel Nederlandse werknemers in loondienst binnenkort vakantiegeld ontvangen. Dit jaar is er echter een verschil in de hoogte van het vakantiegeld ten opzichte van vorig jaar, zo blijkt uit berekeningen van salarisverwerker ADP.

Voor werknemers met een inkomen dat lager is dan modaal zal het vakantiegeld dit jaar hoger uitvallen dan vorig jaar. Mensen met een modaal inkomen of hoger zullen juist minder vakantiegeld ontvangen. Zo zullen modale inkomens ongeveer 19 euro netto minder vakantiegeld ontvangen, terwijl werknemers met een inkomen net onder modaal juist aanzienlijk meer kunnen ontvangen, tot wel honderden euro's.

Het verschil in vakantiegeld wordt onder andere beïnvloed door de inkomstenbelasting en het jaarinkomen. Dik van Leeuwerden, expert wet- en regelgeving bij ADP, legt uit dat dit te maken heeft met twee kortingen die van toepassing zijn op de inkomstenbelasting: de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. De hoogte van deze korting hangt af van de persoonlijke situatie van de werknemer.

Op het salarisstrookje van mei zal het vakantiegeld worden uitbetaald, waarbij werknemers recht hebben op minimaal 8 procent van hun bruto jaarsalaris extra. Dit bedrag wordt berekend over het afgelopen jaar en er wordt belasting op ingehouden.

Daarnaast heeft de invoering van het minimumuurloon aan het begin van dit jaar invloed gehad op het vakantiegeld van mensen die het minimumloon verdienen. Werknemers die meer uren werken, zullen tot een paar tientjes meer vakantiegeld ontvangen, terwijl iemand die 36 uur per week werkt 15 euro minder vakantiegeld zal ontvangen.

Het systeem rondom vakantiegeld is niet altijd even duidelijk voor iedereen. Van Leeuwerden erkent dat het makkelijker zou moeten zijn om uit te leggen hoe het van bruto naar netto gaat en hoe vakantiegeld is opgebouwd. Hij benadrukt dat duidelijkheid en transparantie belangrijk zijn, en suggereert dat de overheid initiatieven zou moeten nemen om het proces begrijpelijker te maken voor iedereen.