Gezinnen met twee werkende ouders steeds vaker de norm

Gepubliceerd op 08/03/2024 04:00 in Economie

Uit cijfers van het CBS blijkt dat het aantal tweeoudergezinnen waarvan alleen de vader werkt in tien jaar tijd is afgenomen. In 2013 werkte nog 19 procent van de gezinnen met minderjarige kinderen alleen de vader, terwijl dit in 2023 was gedaald naar 13 procent.

Van de 1,5 miljoen tweeoudergezinnen werkt in ruim de helft de vader voltijds en de partner in deeltijd. Hoewel dit percentage licht is afgenomen sinds 2013, nemen steeds meer vrouwen en mannen deeltijdbanen van 20 tot 35 uur per week in plaats van minder dan 20 uur per week.

Hoogopgeleide vrouwen werken gemiddeld een dag meer per week dan lager opgeleide vrouwen. Ook is de taakverdeling binnen hoogopgeleide stellen gelijker, aldus socioloog Tanja Traag van het CBS. Ongeveer 14 procent van de niet-werkende moeders met een partner geeft aan niet op zoek te zijn naar werk vanwege de zorg voor het gezin of huishouden.

5 procent van de vaders in gezinnen met een partner werkt niet, waarvan bijna de helft aangeeft dat ziekte of arbeidsongeschiktheid de reden is. Het CBS constateert dat in Nederland kritischer wordt gedacht over de band tussen een werkende moeder en haar kinderen dan in veel andere Europese landen. Een recent onderzoek toont aan dat 28 procent van de Nederlanders tussen 16 en 75 jaar het oneens of deels oneens is met de stelling dat een werkende moeder een even warme en veilige band kan opbouwen als een moeder die niet werkt.

In Polen, Finland, Italië, Frankrijk en Denemarken wordt over het algemeen positiever gedacht over de band tussen een werkende moeder en het kind dan in Nederland, Letland, Malta, Estland en Luxemburg. Socioloog Traag benadrukt dat ondanks beweringen op sociale media over een toename van traditionele rollen, de cijfers laten zien dat er juist minder huismoeders zijn die volledig stoppen met werken.