Chinese automerken veroveren Europese markt met elektrische auto's**
Gepubliceerd op 22/02/2024 14:00 in Economie
**
Symbolischer kan bijna niet: het Europees kampioenschap mannenvoetbal in nota bene Duitsland wordt dit jaar gesponsord door BYD, een Chinees automerk. Bij de vorige editie werd de bal nog op de middenstip gebracht door een radiografisch bestuurbaar autootje van Volkswagen, de trots van de Duitse auto-industrie.
Gisteren was in Vlissingen duidelijk zichtbaar dat de Chinese elektrische auto de Europese markt betreedt. Het eerste megaschip van BYD met 5000 auto's meerde daar aan, om vervolgens door te varen naar het Duitse Bremerhaven.
Er zijn verschillende automerken die Chinees genoemd kunnen worden, zoals Lynk & Co en BYD. Maar ook moederbedrijven zoals Volvo, Polestar, Smart en MG hebben Chinese connecties. Uit een marktverkenning van autobrancheclub BOVAG blijkt dat Chinese automakers zich steeds meer op de Europese markt richten vanwege de groeiende vraag naar elektrische auto's en de aanwezige laadinfrastructuur.
Volgens Roy Kleijwegt van Autoweek zijn Europese regels zo streng dat een auto die hier is goedgekeurd, per definitie veilig is om in te rijden. Toch zijn er zorgen over de privacy, aangezien Chinese bedrijven moeite kunnen hebben met dataverzoeken van hun eigen overheid te weigeren.
De Nederlandse consument blijft volgens Kleijwegt pragmatisch en kijkt naar de prijs en uniekheid van auto's. Tesla was tien jaar geleden ook nog een onbekend merk en is nu de bestverkochte elektrische auto. De innovatiekracht van Chinese automerken kan ervoor zorgen dat de markt binnen enkele jaren drastisch verandert.
Financieel persbureau Bloomberg meldde recentelijk dat Europese autofabrikanten mogelijk gaan samenwerken om goedkopere elektrische auto's te produceren. Chinese elektrische auto's kunnen helpen bij het behalen van klimaatdoelstellingen, maar er zijn ook zorgen over mogelijke oververhitting van de markt en onverkochte voorraden in China.
De komst van Chinese automerken op de Europese markt kan zowel financiële voordelen voor autokopers opleveren als bijdragen aan het behalen van klimaatdoelstellingen, maar het roept ook vragen op over privacy en de toekomst van de Europese auto-industrie.