Kabinet compenseert lagere inkomens met maatregelen tegen armoede
Gepubliceerd op 20/09/2023 07:00 in Economie
Volgens het Centraal Planbureau (CPB) kunnen de laagste inkomensgroepen volgend jaar toch nog een stijging in koopkracht verwachten, dankzij de maatregelen van het kabinet tegen armoede. Eerder verwachtte het CPB nog dat de koopkracht van de laagste inkomens zou dalen zonder nieuw beleid. Het kabinet verhoogt onder andere de huurtoeslag en het kindgebonden budget om deze groepen te ondersteunen. Tegelijkertijd zullen de hogere inkomens iets minder koopkracht krijgen, aangezien zij meer belasting zullen moeten betalen.
Het CPB voorspelt dat de koopkracht van het gemiddelde huishouden door deze maatregelen iets lager zal uitvallen dan eerder verwacht: een stijging van 1,8 procent in plaats van 1,9 procent. Het verdwijnen van de energietoeslag van 1300 euro voor mensen met een lager inkomen zorgde ervoor dat de koopkracht van deze groep dreigde achteruit te gaan. Het kabinet heeft echter maatregelen genomen om dit te herstellen. Zo zal de huurtoeslag omhoog gaan, met een maximale stijging van 416 euro ten opzichte van dit jaar. Daarnaast wordt het kindgebonden budget verhoogd, met respectievelijk 750 euro per jaar voor het eerste kind en 883 euro voor het tweede kind.
Deze maatregelen voorkomen een stijging van armoede onder kinderen. Het CPB verwacht dat het percentage kinderen in armoede zal dalen van 6,2 procent dit jaar naar 5,1 procent volgend jaar. Zonder deze maatregelen zou dit percentage op 7 procent liggen.
Om de maatregelen te financieren, gaat de tweede belastingschijf eerder in werking treden. Vanaf een bruto inkomen van 75.625 euro zal men 49,5% belasting moeten betalen, terwijl dit oorspronkelijk pas bij 80.263 euro zou zijn.
Over het algemeen gaan de meeste groepen erop vooruit in koopkracht. Er zijn echter ook mensen van wie de koopkracht licht zal dalen volgend jaar, volgens berekeningen van het ministerie van Sociale Zaken. Zo zal de koopkracht van alleenstaanden met alleen AOW met 0,3 procent dalen, terwijl de koopkracht van een alleenstaande op het sociaal minimum zonder kinderen met 0,4 procent zal dalen. Dit komt doordat zij niet profiteren van het hogere kindgebonden budget.
Het Nibud, het budgetinstituut, maakt zich zorgen over het verdwijnen van de energietoeslag en noemt dit een aderlating voor de laagste inkomens. Volgens eigen berekeningen van het Nibud zal een alleenstaande in de bijstand er 4,3 procent op achteruit gaan, wat neerkomt op 72 euro per maand.
Het CPB voorspelt ook de economische ontwikkelingen voor de komende jaren. Hoewel de economie in de eerste helft van dit jaar kromp, verwacht het CPB groei voor 2023 als geheel en ook volgend jaar. Dankzij de maatregelen op het gebied van koopkracht blijft de armoede stabiel, terwijl deze anders zou zijn toegenomen in 2024. De werkloosheid zal volgend jaar wel licht stijgen, maar blijft historisch gezien erg laag.