Amerikaanse staat Californië sleept vijf grote oliebedrijven voor de rechter wegens klimaatverandering
Gepubliceerd op 18/09/2023 02:00 in Economie
De Amerikaanse staat Californië heeft vijf grote oliebedrijven, waaronder Shell, voor de rechter gedaagd. De bedrijven worden beschuldigd van het veroorzaken van klimaatverandering en moeten opdraaien voor de daaruit voortvloeiende kosten. Deze rechtszaak kan grote gevolgen hebben voor de olie-industrie. Als Californië gelijk krijgt, kan dit het einde betekenen van de winstgevendheid van oliebedrijven.
De bedrijven die zich moeten verantwoorden zijn Chevron, BP, ConocoPhillips, Shell en ExxonMobil. Volgens de aanklacht waren zij al sinds de jaren '70 op de hoogte van het feit dat hun activiteiten de opwarming van de aarde veroorzaken, maar hebben ze dit vervolgens verzwegen. De oliebedrijven hebben het publiek misleid door advertenties en rapporten te verspreiden waarin ze twijfel zaaiden over de wetenschappelijke consensus omtrent klimaatverandering.
De aanklager stelt dat de oliebedrijven miljarden dollars hebben besteed aan de verspreiding van desinformatie over klimaatverandering en dat ze hier tot op heden mee doorgaan. Hoewel de fossiele industrie belooft om tegen 2050 naar nul uitstoot te streven, blijven ze investeren in de productie van olie en gas. Dit misleidende gedrag wordt bevestigd door Mark van Baal, oprichter van Follow This, een groep beleggers die oliebedrijven aanspoort om hun uitstoot te verminderen. Hij wijst erop dat Shell dit jaar nauwelijks investeert in duurzame energie, terwijl ze beweren een onderdeel van de oplossing te zijn.
Shell geeft aan "volledig achter de noodzaak te staan om over te stappen naar een koolstofarme toekomst", maar vindt dat klimaatverandering niet in de rechtszaal moet worden aangepakt. Het American Petroleum Institute noemt de zaak zelfs "een enorme verspilling van belastinggeld" en stelt dat klimaatbeleid een zaak is van de wetgever, niet van rechters.
Jurist Dennis van Berkel van klimaatorganisatie Urgenda is echter van mening dat dit soort rechtszaken noodzakelijk zijn. Hij won eerder een belangrijke zaak tegen de Nederlandse staat, waarbij de overheid werd gedwongen om de uitstoot van broeikasgassen sneller terug te dringen. In Californië is het nu de overheid die bedrijven wil aanpakken. Deze zaak gaat verder dan de Urgendazaak, omdat het hier gaat om de verantwoordelijkheid voor de schade die is veroorzaakt door klimaatverandering.
Californië stelt dat de olieconcerns onder andere verantwoordelijk zijn voor overstromingen, extreme hitte en verlies van biodiversiteit. Als de rechter meegaat in deze redenering, kunnen de gevolgen voor de oliebedrijven enorm zijn. De kosten van de gevolgen van klimaatverandering zijn namelijk veel hoger dan de winsten die zij op dit moment maken. Hierdoor zal investeren in vervuilende energie niet langer rendabel zijn en zullen de bedrijven eindelijk moeten investeren in duurzame energie.
Californië eist dat de oliebedrijven geld storten in een fonds om maatregelen te treffen voor de impact van klimaatverandering. De schadevergoedingen kunnen zo hoog worden dat de bedrijven failliet gaan. Dit is volgens Van Baal een groot risico dat ze zelf hebben veroorzaakt. Steeds vaker kiezen klimaatorganisaties voor de juridische route om verandering af te dwingen.