Aandeel vrouwelijke commissarissen en bestuurders in Nederlandse bedrijven blijft vrijwel gelijk

Gepubliceerd op 01/09/2023 03:00 in Economie

Uit de nieuwste editie van de Female Board Index, die jaarlijks wordt gepubliceerd, blijkt dat het aandeel vrouwelijke commissarissen en bestuurders in Nederlandse beursgenoteerde bedrijven afgelopen jaar vrijwel gelijk is gebleven. Volgens het rapport is er nog geen sprake van een evenwichtige verdeling van vrouwen aan de top.

Het percentage vrouwelijke bestuurders bij beursgenoteerde ondernemingen bleef steken op ongeveer 15 procent. Dit is ver verwijderd van het wettelijke streefpercentage van 30 procent. Het aantal vrouwelijke commissarissen is het afgelopen jaar nauwelijks gestegen, van 38 procent in 2022 naar 39 procent dit jaar.

De Female Board Index wordt samengesteld door Mijntje Lückerath, hoogleraar corporate governance aan de TIAS School for Business and Society. Lückerath is over het algemeen tevreden over het aantal vrouwelijke commissarissen, maar constateert dat het aantal vrouwelijke bestuurders achterblijft bij het streefpercentage.

Volgens het rapport staan we al twee jaar stil bij het aantal vrouwelijke bestuurders. Lückerath noemt dit een tegenvaller, vooral omdat er relatief weinig nieuwe vrouwelijke bestuurders bij lijken te komen. In 2020 was 28 procent van de nieuwe bestuurders een vrouw, maar afgelopen jaar daalde dit naar 13 procent. Lückerath benadrukt dat het juist belangrijk is om nieuwe vrouwelijke bestuurders aan te trekken om vooruitgang te boeken.

Het percentage vrouwen in raden van commissarissen en raden van bestuur moest tot 2020 minimaal 30 procent zijn. Dit was echter een streefgetal, waaraan geen consequenties waren verbonden als het niet werd gehaald. Inmiddels is wettelijk vastgelegd dat raden van commissarissen voor minimaal een derde uit vrouwen moeten bestaan.

Lückerath blikt terug op het invoeren van het quotum en zegt dat het eigenlijk niet nodig was, omdat Nederland bijna al op 33 procent zat. Het was meer bedoeld als symboolwetgeving om bedrijven te laten zien dat er iets gedaan moest worden aan de genderverhoudingen. Het idee was dat meer vrouwelijke commissarissen ook zou leiden tot meer vrouwelijke bestuurders, maar dat blijkt niet het geval. Lückerath merkt op dat het aandeel vrouwelijke bestuurders stilstaat, maar omdat er geen quotum voor vrouwelijke bestuurders geldt, is handhaving niet aan de orde.

Lückerath benadrukt dat het belangrijk is om aandacht te blijven besteden aan het aantal vrouwen in bestuursorganen. Volgens haar lijkt deze aandacht te verslappen en heeft het geen prioriteit meer. Ze geeft aan dat bedrijven zich moeten schamen als ze een raad van bestuur hebben die alleen uit mannen bestaat. Op dit moment hebben 61 van de 88 beursgenoteerde ondernemingen geen enkele vrouw in de raad van bestuur. Dit wordt door Lückerath als "niet meer van deze tijd" beschouwd. Ze gelooft dat het actief aanspreken van bedrijven meer effect heeft dan het instellen van een wettelijk quotum voor vrouwelijke bestuurders.

Het argument dat bedrijven geen geschikte vrouwen kunnen vinden, noemt Lückerath een smoes. Ze wijst erop dat momenteel 20 beursgenoteerde bedrijven zowel in de raad van commissarissen als de raad van bestuur minimaal 33 procent vrouwen hebben. Ze noemt uitgeverij Wolters Kluwer als voorbeeld, waarbij beide raden gelijk verdeeld zijn. Lückerath pleit ervoor dat dit soort bedrijven vaker naar voren worden gebracht en dat ze kunnen vertellen over de waarde van diversiteit.