Nederlandse economie minder afhankelijk van Duitsland door sterke groei export
Gepubliceerd op 29/08/2023 15:00 in Economie
De Nederlandse economie heeft zich sinds de coronacrisis opmerkelijk goed hersteld en groeit sterker dan andere economieën in de eurozone. Terwijl veel landen hard getroffen werden door de crisis, wist Nederland zich in 2020 staande te houden en groeide het in 2021 en 2022 dankzij de toenemende export. Opvallend genoeg blijkt uit recente cijfers van het Centraal Planbureau (CPB) dat de Nederlandse economie steeds minder afhankelijk wordt van de Duitse economie.
Hoewel er recentelijk wat tegenslag was, met een economische krimp van 0,3 procent in het tweede kwartaal van dit jaar, blijft Nederland nog steeds goed boven water. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) benadrukt dat het land zich momenteel in een milde recessie bevindt, maar de economie zit zeker niet in het slop.
Traditioneel gezien wordt de Duitse economie als belangrijk en invloedrijk beschouwd voor Nederland, aangezien Duitsland de belangrijkste handelspartner is. Het gezegde "Als Duitsland niest, is Nederland verkouden" illustreert deze afhankelijkheid. Echter, deze afhankelijkheid neemt steeds verder af. Vooral sinds de coronacrisis is dit duidelijk geworden, omdat de Nederlandse export sterk groeide terwijl de Duitse economie juist stagneerde.
Het CPB constateert dat de export en wederuitvoer naar andere Europese landen, met name in Oost- en Noord-Europa, evenals naar de VS en Aziatische landen zoals China, juist toenam. Nederland profiteerde van de uitbreiding van de Europese Unie en het groeiende economische belang van China. Hierdoor is Nederland minder afhankelijk geworden van Duitsland voor de export. In 1980 stond Duitsland nog garant voor 30 procent van de Nederlandse export, maar in 2021 was dit percentage gedaald naar 23 procent. Ook het belang van Nederlandse uitvoer naar België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk daalde, voornamelijk als gevolg van de Brexit.
Na Duitsland zijn België (11 procent), Frankrijk (8 procent), het Verenigd Koninkrijk (6,5 procent), de VS (5 procent), Italië (4,5 procent) en China (2,5 procent) de belangrijkste handelslanden voor Nederland. Het CPB concludeert dan ook dat Nederland, met zijn sterke groei in de handelseconomie zowel binnen als buiten Europa, beschouwd kan worden als 'de poort van de wereld naar Europa', met Rotterdam als belangrijk knooppunt.
Al met al laat de Nederlandse economie zien dat het zich goed heeft weten te herstellen van de coronacrisis en sterker is gegroeid dan andere economieën in de eurozone. De groei van de export heeft hierin een cruciale rol gespeeld en heeft ervoor gezorgd dat Nederland minder afhankelijk is geworden van de Duitse economie. Met de sterke handelsrelaties binnen Europa en daarbuiten kan Nederland zich blijven ontwikkelen als een belangrijke speler in de internationale handel.