Kosten voor energie hoger in noordelijke provincies en Limburg dan in de Randstad

Gepubliceerd op 04/09/2025 22:00 in Economie

Uit onderzoek van adviesbureau Berenschot in opdracht van energieleverancier Essent blijkt dat huishoudens in de noordelijke provincies en Limburg gemiddeld veel meer kwijt zijn aan energie dan huishoudens in de Randstad. Zo besteedt een gezin in Groningen per maand ruim 105 euro meer aan energie dan een vergelijkbaar huishouden in Utrecht.

Dit komt voornamelijk doordat mensen buiten de Randstad over het algemeen in grotere, slechter geïsoleerde huizen wonen. Resi Becker, bestuursvoorzitter van Essent, benadrukt dat deze huishoudens vaak minder financiële middelen hebben om hun huis te verduurzamen, mede doordat de inkomens in deze provincies lager liggen. Hierdoor ontstaat volgens Becker een zogenaamde 'energiekloof'.

Essent waarschuwt dat de verschillen alleen maar verder zullen toenemen, vanwege de energietransitie. In 2035 heeft ruim 40 procent van de Nederlandse huishoudens nog niet de middelen om te investeren in verduurzaming. De energiekloof zal dus groter worden, wat betekent dat huishoudens die niet verduurzamen meer zullen gaan betalen door onder andere stijgende gasprijzen en oplopende belastingen.

Om deze problemen aan te pakken pleit Becker voor politieke oplossingen, zoals het oprichten van één centraal loket voor woningverduurzaming en het vergoeden van 90 procent van de kosten voor de laagste inkomens. Ook moeten er meer mogelijkheden komen voor huurders om te verduurzamen, waarbij Essent pleit voor een afdwingbaar recht voor huurders om te kunnen verduurzamen.

Uit het onderzoek blijkt ook dat huishoudens met een huurwoning over het algemeen een groter deel van hun inkomen kwijt zijn aan energie dan huishoudens met een koopwoning, voornamelijk doordat zij gemiddeld een lager inkomen hebben. Hierdoor zijn zij vaak afhankelijk van investeringen van verhuurders en hebben zij zelf weinig mogelijkheden om te verduurzamen.

Het CBS meldde eerder deze zomer dat 6,1 procent van alle Nederlandse huishoudens in energiearmoede leeft, waarbij bijna 70 procent van deze groep in een sociale huurwoning woont. Dit maakt deze groep kwetsbaar voor hogere energielasten en benadrukt het belang van maatregelen om energiearmoede tegen te gaan.