Duitsland gaat naar de stembus: kans op nieuwe regeringsleider
Gepubliceerd op 23/02/2025 08:00 in Buitenland
Op zondag mogen ruim 59 miljoen Duitsers naar de stembus om een nieuw parlement te kiezen. De SPD van bondskanselier Scholz staat al weken op slechts vijftien procent in de peilingen, terwijl oppositieleider Friedrich Merz en zijn CDU/CSU aan kop gaan met zo'n dertig procent. De radicaal-rechtse AfD van Alice Weidel staat op de tweede plek met rond de twintig procent.
Bij de Duitse verkiezingen zijn er twee opvallende verschillen ten opzichte van Nederland. In Duitsland mogen kiezers twee vakjes rood kleuren in het stemhokje, in plaats van een. De Erststimme gaat naar de districtskandidaat, terwijl de Zweitsstimme naar een partij gaat en bepaalt hoeveel zetels een partij in de Bondsdag krijgt.
De Bondsdag bestond tot de vorige verkiezingen uit een groeiend aantal zetels, maar vanaf nu zal het parlement uit 630 zetels bestaan. Dit kan betekenen dat districtskandidaten die de meeste stemmen hebben gehaald, uiteindelijk niet in de Bondsdag komen.
Daarnaast heeft Duitsland een kiesdrempel van vijf procent, wat betekent dat een partij minimaal dit percentage van de stemmen moet halen om in de Bondsdag vertegenwoordigd te zijn. Voor drie kleine partijen, zoals de FDP en Die Linke, is het dus erop of eronder.
Die Linke, een linkse partij met wortels in de communistische partij uit de tijd van de DDR, lijkt nieuw leven ingeblazen te zijn door de verschuiving van de SPD en de Groenen naar het midden. Vooral jongeren vinden nu hun weg naar Die Linke, mede dankzij een succesvolle campagne op social media en een sterke jonge lijsttrekker.
Kortom, de verkiezingen in Duitsland beloven spannend te worden met de kans op een nieuwe regeringsleider en mogelijke verschuivingen in het politieke landschap.