Nederlandse hulpprojecten op Westelijke Jordaanoever gesaboteerd door Israëlische kolonisten
Gepubliceerd op 17/11/2024 20:00 in Buitenland
Tientallen door Nederland gefinancierde hulpprojecten op de Westelijke Jordaanoever zijn de afgelopen jaren gesaboteerd door Israëlische kolonisten of militairen. Dit blijkt uit een onderzoek uitgevoerd door Investico in samenwerking met De Groene Amsterdammer en Trouw. Sinds het uitbreken van de oorlog op 7 oktober 2023 is het aantal vernielingen fors toegenomen.
Israël breidt illegale nederzettingen op de bezette Westoever voortdurend uit. Palestijnen in het gebied zijn sinds het begin van de oorlog vaker het doelwit van aanvallen door kolonisten, die gesteund worden door het leger. Ministers Smotrich en Ben-Gvir, beiden kolonist, pleiten zelfs voor annexatie van de Westelijke Jordaanoever.
Volgens Investico zijn er 59 Nederlandse hulpprojecten gesaboteerd sinds 2017. Voorbeelden hiervan zijn de vernieling van een watertank en de diefstal van zonnepanelen uit Palestijnse dorpen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken erkent de substantiële schade aan deze projecten, maar benadrukt dat de Israëlische autoriteiten geen financiële compensatie hebben geboden.
Hoewel de Tweede Kamer in 2016 een motie heeft aangenomen om schade aan Nederlandse projecten te registreren en Israël daarop aan te spreken, blijkt uit e-mailwisselingen dat de autoriteiten in een derde van de gevallen niet ter verantwoording zijn geroepen. Ambtenaren suggereren zelfs om incidenten niet verder aan te kaarten om nieuwe vernielingen te voorkomen.
Palestijnen krijgen nauwelijks vergunningen voor bouwprojecten op de Westoever, terwijl kolonisten vrij spel hebben. Dit belemmert internationale hulp- en bouwprojecten voor de Palestijnen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken benadrukt dat het zich uitspreekt tegen het Israëlische nederzettingenbeleid, maar experts merken op dat Nederland meer drukmiddelen zou kunnen inzetten dan nu gebeurt.