Zuid-Afrika dient dringend verzoek in bij ICJ voor onderzoek naar voorgenomen grondoffensief Israël in Rafah
Gepubliceerd op 13/02/2024 19:00 in Buitenland
Zuid-Afrika heeft een "dringend verzoek" ingediend bij het Internationaal Gerechtshof (ICJ) voor een onderzoek naar het voornemen van Israël om een grondoffensief te beginnen in Rafah. Het land wil weten of dat in strijd is met het tussenvonnis dat het Gerechtshof onlangs heeft uitgesproken in de genocidezaak van Zuid-Afrika tegen Israël.
In een verklaring stelt Zuid-Afrika dat het ernstig bezorgd is over het ongekende militaire offensief van Israël en dat dit een serieuze schending zou zijn van zowel het Genocideverdrag als de beschikking van het Hof van 26 januari. Volgens Zuid-Afrika zullen de recente aanvallen van Israël op Rafah en de voorbereidingen voor een grootschalig grondoffensief resulteren in een groot aantal doden, veel schade en vernietiging.
Rafah is momenteel de schuilplaats van ongeveer 1,4 miljoen Palestijnen, waarvan velen gevlucht zijn vanuit het noorden van Gaza naar het zuiden. Op verzoek van Israël hebben zij hun toevlucht gezocht in deze stad. Echter, Israël heeft aangekondigd - en is reeds begonnen - militaire operaties uit te voeren in Rafah. Veel tentenkampen in de buurt van de grensplaats met Egypte zijn al afgebroken.
De internationale gemeenschap, waaronder de Verenigde Staten, China, Duitsland en Nederland, heeft haar afkeur uitgesproken over een grootschalige Israëlische operatie in Rafah. VN-chef Guterres heeft verklaard dat een grondoffensief van Israël verwoestende gevolgen zal hebben.
Israël beweert er alles aan te doen om te voorkomen dat burgers het slachtoffer worden. Volgens het land maakt de tactiek van Hamas om zich te verschuilen in gebieden waar burgers wonen het moeilijk om burgerslachtoffers te voorkomen.
In de tussentijd proberen de kinderen in Rafah er het beste van te maken, ondanks de moeilijke omstandigheden waarin zij verkeren.