Palestijnse kinderen betalen hoge prijs in Gaza-conflict
Gepubliceerd op 02/11/2023 01:00 in Buitenland
Met een stralende glimlach stelt Awni Eldous, een Palestijnse tiener en gamer, zichzelf voor in een video: "Goedemiddag allemaal! Hier is Awni met een nieuwe video...". Hij had nooit kunnen bedenken dat hij ruim een jaar na zijn dood een symbool zou worden van het Palestijnse verzet.
Awni, een 12-jarige jongen uit Gaza, kwam volgens Arabische media half oktober om het leven. Hij maakte video's over gamen en hoopte, net als veel andere tienerjongens, beroemd te worden. Zijn droom was om 100.000, 500.000 of zelfs één miljoen abonnees te krijgen.
Helaas is hij slechts één van de 3542 Palestijnse kinderen die in de afgelopen 3,5 weken zijn omgekomen in het conflict. Dit aantal is afkomstig van een recente update van OCHA, de organisatie van de Verenigde Naties die zich bezighoudt met humanitaire zaken. Het ministerie van Volksgezondheid in Gaza, dat wordt geleid door Hamas, heeft deze cijfers verstrekt. Hoewel ze niet kunnen worden geverifieerd, beschouwen hulporganisaties en experts ze als betrouwbaar.
Volgens Save the Children is het aantal omgekomen kinderen "ongekend hoog". Het aantal kinderen dat in Gaza is omgekomen, overtreft nu al het aantal kinderen dat in de afgelopen drie jaar tijdens andere conflicten is gedood, aldus de hulporganisatie. Caroline Scheffer van Save the Children benadrukt dat elke dag ongeveer 100 kinderen sterven als gevolg van de oorlog. Ze vergelijkt dit aantal met drie volle klaslokalen.
De situatie in Gaza is voor kinderen ondraaglijk, zo stelt Scheffer. Bijna de helft van de bevolking in Gaza bestaat uit kinderen. Door de langdurige problemen in het gebied worden mensen niet oud. Er is een tekort aan schoon drinkwater en voedsel. Zij concludeert dat Gaza geen geschikte plek is voor kinderen om te wonen.
De oorlog tussen Israël en Hamas heeft verwoestende gevolgen voor de mentale gezondheid van de kinderen in Gaza. Ze kunnen nergens schuilen, niet in hun scholen, niet in ziekenhuizen en niet in hun eigen huizen, aldus Scheffer. Hulporganisaties zoals Save the Children, WarChild en Unicef voelen zich echter machteloos omdat er maar zeer beperkt humanitaire hulp wordt toegelaten in Gaza. Als deze situatie niet snel verandert, zullen de aantallen slachtoffers alleen maar toenemen. Het directe geweld door bombardementen is niet het enige probleem, maar ook het gebrek aan medische hulp en voedsel.
Op dit moment bereikt slechts een fractie van de normaal benodigde hulp Gaza vanwege de blokkade door Israël. Tot dusverre hebben ongeveer 150 vrachtwagens met hulpgoederen de Gazastrook kunnen bereiken, terwijl er ongeveer twee miljoen mensen wonen. Als de hulp niet snel wordt toegelaten, zullen de gevolgen drastisch zijn, stellen de hulporganisaties.
Het vluchtelingenkamp Jabalia is onlangs doelwit geworden van Israëlische bombardementen. Het exacte aantal slachtoffers is nog niet bekend, maar vanwege de hoge bevolkingsdichtheid van het kamp maken mensen zich grote zorgen. Een ooggetuige beschrijft bij CNN hoe kinderen gewonde kinderen dragen en moeders niet weten of ze moeten huilen of hun kinderen moeten zoeken.
Gaza is volgens Unicef-woordvoerder James Elder "een begraafplaats geworden voor duizenden kinderen en voor de rest een hel op aarde". VN-vertegenwoordigers roepen, samen met andere hulporganisaties, op tot een onmiddellijk staakt-het-vuren. Helaas heeft Israël al aangegeven daar geen gehoor aan te geven.
Ondertussen gaat