Etnisch-Armeense autoriteiten in Nagorno-Karabach gaan akkoord met toelaten van hulpgoederen uit Azerbeidzjan

Gepubliceerd op 10/09/2023 11:00 in Buitenland

De etnisch-Armeense autoriteiten in Nagorno-Karabach hebben ingestemd met het toelaten van hulpgoederen uit Azerbeidzjan. In ruil daarvoor zal Azerbeidzjan de blokkade van de enige weg van Armenië naar Nagorno-Karabach opheffen.

Door de blokkade zijn er grote tekorten aan voedsel en medicijnen ontstaan in Nagorno-Karabach, waar ongeveer 120.000 etnische Armeniërs wonen. Het gebied is al sinds de jaren '90 een bron van conflict tussen de buurlanden in de Kaukasus. In die periode heeft de enclave zich tijdens een bloedige burgeroorlog afgescheiden van Azerbeidzjan.

In 2020 heeft Azerbeidzjan tijdens een zes weken durende oorlog een deel van de enclave heroverd, waarbij meer dan 6500 mensen zijn omgekomen. Sindsdien houdt een Russische vredesmacht toezicht op het naleven van het toen overeengekomen staakt-het-vuren.

Azerbeidzjan heeft traditioneel nauwe banden met Turkije, terwijl Armenië sterk afhankelijk is van de steun van Rusland. Na de oorlog van 2020 is afgesproken dat Moskou de vrije doorgang tussen Armenië en Nagorno-Karabach via de Lachin-corridor zou garanderen. Echter, door de oorlog in Oekraïne heeft Rusland momenteel beperkte invloed in de regio.

De recente afspraken werden gemaakt op de dag dat het separatistische parlement van Nagorno-Karabach een nieuwe president koos. Azerbeidzjan beschouwt de aanstelling van deze president als illegaal. Bovendien beschuldigt Azerbeidzjan Armenië ervan het vuur te hebben geopend op troepen, een claim die door Armenië wordt ontkend.