Nazaten van Britse politicus bieden excuses aan voor rol bij slavernij en doneren geld voor onderzoek
Gepubliceerd op 20/08/2023 23:00 in Buitenland
Nazaten van de negentiende-eeuwse Britse politicus William Gladstone zijn van plan om deze week naar Guyana te reizen om excuses aan te bieden voor de betrokkenheid van hun voorouders bij de slavernij in dat land. Tevens zullen zij een donatie van 100.000 pond (117.000 euro) doen voor de oprichting van een instituut in Guyana dat onderzoek zal verrichten naar de geschiedenis van de slavenhandel. Dit meldt The Observer.
William Gladstone, die leefde van 1809 tot 1894, diende als minister van Financiën en minister-president gedurende de tweede helft van de negentiende eeuw. Zijn politieke positie was mede te danken aan het fortuin dat zijn vader, John Gladstone, vergaarde door betrokkenheid in de slavenhandel.
Het fortuin van John Gladstone was afkomstig van zijn plantages in Guyana en Jamaica, waar slaven gedwongen werden te werken. In 1823 brak er een opstand uit op één van zijn plantages in Guyana, waarbij maar liefst 13.000 slaven zich aansloten. Hoewel deze opstand werd neergeslagen en resulteerde in de dood van 330 slaven, gaf het wel een impuls aan de beweging voor de afschaffing van de slavernij.
Tien jaar later werd de slavernij in het Verenigd Koninkrijk afgeschaft, waarbij de eigenaren van slaven werden gecompenseerd uit een speciaal fonds. John Gladstone bezat destijds 2508 slaven, wat hem een compensatie opleverde ter waarde van 106.000 pond (124.000 euro), een aanzienlijk fortuin voor die tijd. Hij investeerde het grootste deel van dit geld in spoorwegen rond Liverpool en zijn kunstcollectie.
Charlie Gladstone, een nazaat van John Gladstone, heeft nu in The Observer verklaard: "John Gladstone heeft misdaden tegen de menselijkheid gepleegd. Hij was een hebzuchtig en heerszuchtig persoon. Maar hoe je het ook bekijkt, mijn familie heeft een groot deel van haar bevoorrechte positie aan hem te danken."
Om deze reden zullen zes leden van de familie later deze week naar Guyana afreizen om hun excuses aan te bieden en de donatie te doen. Guyana herdenkt namelijk de opstand van slaven, die 200 jaar geleden begon.
Met de donatie van 100.000 pond zal er een instituut worden opgericht in Guyana dat zich zal richten op het onderzoeken van de geschiedenis van slaafgemaakten. Dit instituut zal waardevolle inzichten kunnen verschaffen in deze duistere periode en bijdragen aan een beter begrip van het verleden.
Het gebaar van de nazaten van William Gladstone, om zowel excuses aan te bieden als geld te doneren, is een stap in de richting van verzoening en het erkennen van de schadelijke gevolgen van de slavernij. Hiermee hopen zij bij te dragen aan een betere toekomst, waarin racisme en onderdrukking niet langer voorkomen.