Premier Lecornu overleeft moties van wantrouwen in Frans parlement**
Gepubliceerd op 16/10/2025 14:00 in Buitenland
**
De Franse premier Sébastien Lecornu heeft twee moties van wantrouwen in het parlement overleefd, waarvan één nipt. Hierdoor kan de kersverse premier doorregeren en is een politieke crisis voorlopig afgewend.
De eerste motie werd ingediend door de linksradicale La France insoumise (LFI) van Jean-Luc Mélenchon. Vooraf werd verwacht dat het spannend zou worden voor Lecornu, maar uiteindelijk slaagde hij erin een meerderheid in het parlement achter zich te krijgen.
Om het vertrouwen op te zeggen, was een meerderheid van 289 stemmingen nodig. Uiteindelijk stemden 271 parlementariërs voor de eerste motie. Partijen zoals LFI, de Franse Groenen (EELV), de communistische partij en de rechts-radicale RN van Marine Le Pen hadden aangekondigd vóór te stemmen. De centrum-rechtse Les Républicains (LR) en de socialistische PS stemden voornamelijk tegen.
De tweede motie van Le Pen kreeg slechts 144 stemmen, zoals verwacht werd. Veel parlementsleden, inclusief het radicaal-linkse blok, hadden al laten weten niet te zullen stemmen met de partij die zij als extreemrechts beschouwen.
Dinsdag kondigde Lecornu aan dat de omstreden pensioenverhoging (van 62 naar 64 jaar) wordt uitgesteld tot de presidentsverkiezingen van 2027. Hierdoor kreeg hij de steun van de socialisten, die fel tegen de hervorming zijn.
Lecornu, die afkomstig is uit het kamp van president Macron, heeft geen meerderheid in het parlement. Hij diende na een maand als premier zijn ontslag in, maar werd amper vier dagen later opnieuw gevraagd door Macron om een kabinet te vormen.
De Franse staat kampt met grote politieke en economische problemen, waaronder een hoge staatsschuld en overmatige uitgaven. De staatsschuld is gestegen tot ruim vijf procent van het bruto binnenlands product (bbp), het hoogste in de eurozone. Elke seconde stijgt de staatsschuld met 5000 euro.
Lecornu werd aangesteld begin september om Frankrijk uit de politieke malaise te halen, nadat zijn voorganger Bayrou na negen maanden werd weggestuurd. Hij kreeg te weinig steun voor zijn voorgestelde miljardenbezuinigingen en het plan om twee vrije dagen te schrappen, wat resulteerde in grote demonstraties.