Herdenking genocide in Srebrenica internationaal erkend

Gepubliceerd op 11/07/2024 18:00 in Binnenland

In Den Haag is de genocide in Srebrenica herdacht met toespraken, een moment van stilte en het voorlezen van namen van slachtoffers die vandaag in Srebrenica zijn begraven. Duizenden mensen waren bij de herdenking van het bloedbad, vandaag 29 jaar geleden.

De genocide wordt jaarlijks op 11 juli herdacht in Den Haag. Dit jaar gebeurde dat voor het eerst als onderdeel van de door de Verenigde Naties vastgestelde internationale herdenking, die ook in Srebrenica zelf plaatsvindt.

De Bosnische enclave Srebrenica viel op 11 juli 1995 in handen van Bosnisch-Servische troepen. Nederlandse blauwhelmen waren op dat moment verantwoordelijk voor de veiligheid in het gebied. Na de val van de enclave werden meer dan 8000 mannen en jongens gedeporteerd en vermoord.

In een toespraak sprak de nieuwe staatssecretaris van Defensie, Gijs Tuinman, over zijn eigen herinneringen aan de gebeurtenissen in Srebrenica. Tuinman diende lang in het leger en ontving onder meer de Militaire Willems-Orde. Hij benadrukte de gezamenlijke geschiedenis van Nederland en Bosnië en Herzegovina en het belang van de internationale erkenning van de herdenking.

Tuinman wees ook op de belangrijke rol van het Joegoslaviëtribunaal en de noodzaak dat oorlogsmisdadigers hun straf niet ontlopen. Bij het tribunaal werd een krans gelegd tijdens de vredesmars die langs de gevangenis in Scheveningen leidde, waar Ratko Mladic zijn dagen slijt.

Ook in Srebrenica zelf kwamen duizenden mensen bijeen voor de herdenking. Ieder jaar worden daar nog slachtoffers van de genocide begraven. De lichamen van de meeste doden zijn aangetroffen in massagraven en naar zo'n duizend lichamen wordt nog gezocht. Vandaag werden de resten van veertien doden begraven op de begraafplaats Srebrenica-Potočari.