Oud-RAF vlieger André Hissink blikt terug op bombardementen bij Venlo tijdens WOII

Gepubliceerd op 28/04/2024 11:00 in Binnenland

Bijna tachtig jaar na de Tweede Wereldoorlog vertelt de Nederlandse vlieger André Hissink over zijn ervaringen tijdens de bombardementen op de Maasbruggen bij Venlo in 1944. Hissink, die 103,5 jaar oud is, vertelt in de podcast Bevriende Bommen, gepresenteerd door Rob Trip, over zijn herinneringen aan de moeilijke bombardementsvluchten.

Hissink, de laatste Nederlandse RAF-vlieger die nog zijn verhaal kon doen, maakte 69 bombardementsvluchten in dienst van de Royal Air Force. Hij benadrukt dat het bombarderen van doelen in Nederland voor hem extra moeilijk was, omdat het zijn eigen land betrof. Desondanks voelde hij het als zijn plicht om bij te dragen aan de bevrijding van Europa.

De bombardementen op de Maasbruggen bij Venlo waren voor Hissink bijzonder lastig, vanwege de precisie die vereist was om de bruggen te raken en niet de stad zelf. Duitse soldaten hadden zich rondom de brug verschanst om de brug open te houden voor transport vanuit Duitsland naar Nederland, terwijl de geallieerden dit wilden voorkomen.

Hissink herinnert zich dat veel bommen niet de bruggen raakten, maar Venlo zelf. In het najaar van 1944 kwamen meer dan 200 mensen om bij de bombardementen in Venlo, waaronder de familie Seuren. Alleen de jongste zoon, Paul, overleefde het bombardement, terwijl zijn moeder twee dagen later aan haar verwondingen overleed.

Paul Seuren, die als baby werd gered uit het puin, is in de podcast heel resoluut over de gebeurtenissen. Hij neemt de geallieerde piloten niets kwalijk en ziet de tragedie als 'nevenschade'. De impact van de bombardementen is nog steeds zichtbaar in de stad, met een mix van nieuwbouw en oude panden.

Het verhaal van Hissink en de familie Seuren werpen een nieuw licht op de geallieerde bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog, en tonen de menselijke tol van de oorlog en de complexiteit van de keuzes die destijds werden gemaakt.