Raad van State houdt zaken derdelanders aan in afwachting van uitleg EU-hof

Gepubliceerd op 25/04/2024 11:00 in Binnenland

De Raad van State heeft drie zaken van derdelanders op pauze gezet omdat er uitleg is gevraagd aan het Europese Hof van Justitie. Tot er antwoord komt, blijven de lopende procedures hangende. De onzekerheid over het verblijfsrecht van deze groep blijft bestaan.

Derdelanders zijn mensen die vanwege de oorlog vanuit Oekraïne naar Nederland zijn gevlucht, maar niet de Oekraïense nationaliteit hebben. Op dit moment verblijven er ongeveer 2350 derdelanders in Nederland wiens toekomst onduidelijk is. Het kabinet heeft besloten dat zij terug moeten keren naar hun land van herkomst om het einde van de oorlog af te wachten.

Verschillende rechtbanken hadden verschillend geoordeeld over het verblijfsrecht van derdelanders, waardoor de Raad van State nu om verduidelijking heeft gevraagd.

Op 2 april heeft de Raad van State bepaald dat derdelanders die hogerberoepszaken hebben lopen, in Nederland mogen blijven totdat er duidelijkheid is. Er lopen momenteel zestien van dergelijke zaken.

Ondanks de rechtsonzekerheid voor derdelanders heeft demissionair staatssecretaris Van der Burg aangekondigd dat het vertrekbeleid voor hen ongewijzigd blijft. Derdelanders die nog in hoger beroep zijn of van de bestuursrechter te horen hebben gekregen dat ze mogen blijven, kunnen niet uit de opvang worden gezet en behouden het recht op leefgeld.

Er heerst veel onduidelijkheid over het verblijfsrecht van derdelanders in Nederland. De Raad van State heeft op 17 januari bepaald dat hun recht op bescherming onder de Europese Richtlijn Tijdelijke bescherming op 4 maart is geëindigd. Dit leidde tot verwarring en protesten.

De Raad van State wil nu van het EU-hof weten of derdelanders dezelfde bescherming moeten krijgen als Oekraïners of dat deze eerder kan worden beëindigd. De rechter benadrukt de grote onzekerheid voor derdelanders en vraagt het hof om deze vragen snel te behandelen.