Engelse en Amerikaanse bombardementen in Nederland eisten meer levens dan Duitse bommen

Gepubliceerd op 14/04/2024 19:00 in Binnenland

Tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben bombardementen uitgevoerd door Engelsen en Amerikanen in Nederland meer slachtoffers geëist dan de Duitse bommen. NOS-presentator Rob Trip heeft zich verdiept in deze onbekende geschiedenis van de bombardementen voor zijn podcast Bevriende Bommen. Dit is zijn derde project over de Tweede Wereldoorlog, na eerdere producties over de Februaristaking en de Onbekende Kinderen van Westerbork.

In de podcast worden verhalen verteld over de bombardementen en de vele slachtoffers die daarbij vielen. Duizenden mensen kwamen om in plaatsen als Venlo, Den Haag, Huissen, Ede, Breskens, Amsterdam, Nijmegen, Montfort en Westkapelle, waar steden en dorpen werden verwoest.

Na de oorlog werd er weinig gesproken over deze bombardementen en de slachtoffers. Voor sommige mensen is het moeilijk om de geallieerden die een einde maakten aan de oorlog de schuld te geven van de dood van hun geliefden. Rouwen gebeurde vaak in stilte, omdat het makkelijker was om de vijand de schuld te geven.

Een van de mensen die hun verhaal deelt in de podcast is Bep Kasteel, die de geallieerden niet kwalijk neemt dat zij haar woonwijk in Amsterdam-Noord bombardeerden. Ze ziet de Amerikanen als redders en begrijpt dat het geen opzet was dat zij geraakt werden.

Het bombardement in Amsterdam-Noord uit 1943 was een tragisch voorbeeld van een missie die misging. Bij drie pogingen om de Fokker-fabrieken te raken, vielen bijna 200 doden in de woonwijk, maar in de kerk waar Bep Kasteel zich bevond vielen gelukkig geen slachtoffers.

Ook in andere steden vielen er vele doden door geallieerde bombardementen, zoals in Eindhoven, waar meer dan 130 mensen omkwamen bij een poging de Philips-fabrieken te vernietigen. Soms was de informatie onjuist of ging het doelwit volledig mis, met desastreuze gevolgen voor de lokale bevolking.

De podcast werpt ook een licht op de rol van de Nederlandse regering in ballingschap in Londen tijdens de bombardementen. Hoewel de Nederlandse invloed beperkt was, is het belangrijk om het verhaal van de bombardementen door bondgenoten te vertellen, zowel voor nabestaanden als voor de huidige inwoners van de getroffen steden. Monumenten, rondwandelingen en tentoonstellingen worden nog steeds georganiseerd om deze geschiedenis levend te houden, zelfs tachtig jaar na de oorlog.