Gemeenteraadsleden worstelen met werkdruk en overwegen stoppen
Gepubliceerd op 14/04/2024 00:00 in Binnenland
Uit een enquête van Nieuwsuur blijkt dat ruim 11 procent van de raadsleden twee jaar na de gemeenteraadsverkiezingen al gestopt is met hun ambt. Minister van Binnenlandse Zaken Hugo de Jonge maakt zich zorgen over deze ontwikkeling en geeft aan dat er mogelijk iets misgaat in de aanpak.
Een kwart van de raadsleden stopt vanwege de hoge werkdruk. Andere redenen voor het stoppen zijn onder meer het worden van wethouder of verhuizen naar een andere gemeente.
Veel griffiers, die raadsleden ondersteunen, uiten bezorgdheid over het welzijn van de politici. Zij merken dat een deel van de raadsleden moeite heeft om de werkdruk aan te kunnen. Het voorbereiden van vergaderingen is een uitdaging, vooral omdat het raadslidmaatschap vaak gecombineerd moet worden met ander werk.
Het Haagse raadslid Alexander Roep (VVD) gaf aan te stoppen vanwege een gebrek aan tijd voor zijn gezin. De decentralisatie van overheidstaken naar gemeenten heeft ervoor gezorgd dat raadsleden zich over steeds meer dossiers moeten buigen, zoals de omgevingswet en het sociale domein.
Om de werkdruk te verlichten, hebben de vier grote steden voorgesteld om het loon van raadsleden te verhogen en een voltijdraadlidmaatschap te overwegen. Echter, onder raadsleden is er weinig enthousiasme voor een fulltime raadslidmaatschap, omdat zij vrezen dat dit hun contact met inwoners zal verminderen.
Minister De Jonge onderzoekt momenteel de mogelijkheid om salarissen te verhogen, zodat raadsleden meer tijd kunnen besteden aan het voorbereiden van vergaderingen. Er is ook een pleidooi om de verlofregeling te moderniseren, zodat raadsleden ook recht hebben op mantelzorgverlof.
Het advies om de verlofregeling te versoepelen werd echter afgewezen door minister De Jonge, die van mening is dat het bijzondere karakter van het ambt van volksvertegenwoordiger behouden moet blijven om de band tussen kiezer en gekozene te waarborgen.