Rechtbank Den Haag: negentig derdelanders mogen voorlopig in Nederland blijven
Gepubliceerd op 04/04/2024 22:00 in Binnenland
Op een zitting in Arnhem heeft de rechtbank Den Haag geoordeeld dat negentig derdelanders voorlopig in Nederland mogen blijven. Dit is de eerste keer sinds de uitspraak van de Raad van State van dinsdag dat een rechtbank oordeelt over een grote groep derdelanders. De Raad van State besloot eerder dat zes derdelanders recht houden op opvang.
Derdelanders zijn mensen die uit Oekraïne gevlucht zijn voor de oorlog, maar geen Oekraïens paspoort hebben. Ze verbleven in Nederland met een tijdelijke verblijfsvergunning en volgens staatssecretaris Van der Burg waren er in januari in totaal 2760 derdelanders in ons land.
Er heerst echter onduidelijkheid over de betekenis van de uitspraak van de Raad van State. Volgens een woordvoerder van de Raad is het "richtinggevend", wat inhoudt dat rechtbanken in toekomstige zaken dit standpunt zullen overnemen. Maar staatssecretaris Van der Burg beweert dat de uitspraak van dinsdag alleen betrekking had op zes mensen.
De rechtbank Den Haag refereert naar de uitspraak van de Raad van State, hoewel de rechter een eigen oordeel velt. De rechter benadrukt echter dat haar oordeel overeenkomt met die van de Raad van State.
Voor de negentig derdelanders betekent deze nieuwe uitspraak dat zij voorlopig mogen blijven en ook mogen werken zonder een tewerkstellingsvergunning, net als gevluchte Oekraïense staatsburgers. Verschillende gemeenten, waaronder Den Haag en Hengelo, hebben aangegeven dat zij voorlopig geen derdelanders zullen uitzetten in afwachting van duidelijkheid. Burgemeester Schelberg van Hengelo benadrukt dat dit veel tijd en inzet vergt, maar merkt op dat de derdelanders geen overlast veroorzaken en vrijwel allemaal werken.
Aan de andere kant hebben gemeenten zoals Dordrecht aangegeven wel tot uitzetting over te gaan, omdat zij de richtlijnen van het ministerie van Justitie en Veiligheid volgen totdat de staatssecretaris anders beslist.