Nederlanders laten 374 miljoen euro aan statiegeld liggen
Gepubliceerd op 02/04/2024 22:00 in Binnenland
Nederlanders hebben de afgelopen drie jaar maar liefst 374 miljoen euro aan statiegeld niet ingeleverd. Dit blijkt uit cijfers van Verpact, de organisatie die namens drankenproducenten verantwoordelijk is voor de inzameling van statiegeldverpakkingen. Hierdoor betalen consumenten nu mee aan de inzameling, terwijl dit eigenlijk de verantwoordelijkheid van producenten zou moeten zijn.
Uit de gepubliceerde cijfers van Verpact blijkt dat producenten verre van voldoen aan het wettelijk vereiste inzamelpercentage van 90 procent. Vorig jaar werd slechts 71 procent van alle plastic flessen ingezameld, iets meer dan de 68 procent van het jaar ervoor.
Het inzamelpercentage voor blikjes ligt nog veel lager. Sinds de invoering van statiegeld op blikjes werd gemiddeld slechts de helft van de blikjes ingeleverd. Hoewel er een stijgende lijn zichtbaar is, met een percentage van ongeveer 65 procent in het laatste kwartaal van vorig jaar, moet er volgens de wet in 2024 90 procent van de blikjes zijn ingeleverd.
De achterblijvende inzameling betekent dat veel statiegeld niet terugkomt bij de consumenten die de flesjes en blikjes kopen. Dit geld wordt door Verpact gebruikt voor de optimalisering en uitbreiding van het statiegeldsysteem. Producenten hoeven dus niet zelf te investeren in het inzamelsysteem en hebben zelfs een financiƫle bijdrageverlaging ontvangen.
Het ministerie van Infrastructuur betreurt het dat consumenten hun statiegeld niet innen en benadrukt dat het aan de sector is om ervoor te zorgen dat dit laagdrempelig kan gebeuren. Producenten worden gestimuleerd om hun inzameldoelstelling te halen, aangezien anders een boete dreigt van de Inspectie Leefomgeving en Transport.
Er wordt benadrukt dat gedragsverandering tijd kost, maar volgens sommigen zou de inzameling van plastic flessen sneller kunnen verbeteren. Er wordt gepleit voor een beter statiegeldsysteem waarbij flesjes en blikjes op elk verkooppunt ingeleverd kunnen worden. Anderen zijn echter huiverig voor de mogelijke kosten voor de middenstand.