Nederlandse steden kijken naar Vlaanderen voor flitspalenbeleid

Gepubliceerd op 24/03/2024 13:00 in Binnenland

De grote steden in Nederland, Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag, willen zelf kunnen beslissen waar flitspalen geplaatst worden. Op dit moment zijn ze nog afhankelijk van het Openbaar Ministerie, dat de camera's beheert.

In Vlaanderen hebben gemeenten al de mogelijkheid om flitspalen te plaatsen. De steden hebben in de afgelopen drie jaar honderden nieuwe flitspalen geïnstalleerd. Hiermee kunnen ze een eigen verkeersveiligheidsbeleid voeren en handhaven op snelheidsovertredingen, met de opbrengsten van boetes voor henzelf.

De Nederlandse steden moeten nog bepalen hoe ze hun flitsbeleid zullen vormgeven en kijken daarbij naar Vlaanderen als voorbeeld. Dit komt voort uit zorgen over de verkeersveiligheid op Nederlandse wegen, waarbij het aantal ernstige ongevallen stijgt.

In Mechelen, België, worden wetgevingen optimaal benut en zijn er 27 trajectcontroles geplaatst. Hiermee wordt jaarlijks bijna zeven miljoen euro aan boete-inkomsten gegenereerd, die teruggaan naar een verkeersveiligheidsfonds voor verbeteringen in de stad. Echter, er zijn zorgen of de gemeente dit geld daadwerkelijk daarvoor gebruikt, aangezien er geen wettelijke verplichting voor is.

De Vlaamse Mobiliteitsraad volgt de effecten van de wetgeving nauwlettend. Zij vrezen dat de focus te veel op boete-inning komt te liggen, vooral wanneer commerciële partijen betrokken zijn bij de handhaving. Er zijn zorgen over mogelijke belangenconflicten en de motivatie voor boete-inkomsten.

In Nederland is er ook bezorgdheid over het nieuwe systeem, waar steden zelf boetes afhandelen en recidivisten mogelijk niet goed worden opgemerkt. Hoewel Nederlandse steden meer controle willen over hun verkeersveiligheidsbeleid, waarschuwt de Vlaamse Mobiliteitsraad niet naar het Vlaamse systeem te kijken als voorbeeld.

Lees meer nieuws in binnenland