Meer dan een kwart van de kinderen loopt risico op psychische problemen door ouders met aandoening of verslaving

Gepubliceerd op 07/09/2023 18:00 in Binnenland

Meer dan een kwart van de kinderen die thuis wonen, groeit op met een of twee ouders met een psychische aandoening of een alcohol- of drugsverslaving. Dit blijkt uit onderzoek van het Trimbos-instituut. Volgens het instituut hebben deze kinderen twee tot vier keer meer kans om later zelf psychische problemen te ontwikkelen. Het aantal kinderen dat hiermee te maken heeft is in de afgelopen tien jaar gestegen van ongeveer 577.000 naar 900.000.

Het daadwerkelijke aantal kinderen dat hiermee te maken heeft ligt waarschijnlijk nog hoger. Het onderzoek richtte zich namelijk alleen op psychische aandoeningen zoals depressie, angststoornissen, ADHD en alcohol- of drugsverslaving.

Onderzoeker Anouk de Gee verklaart de toename van het aantal kinderen met ouders met deze problemen door de groei van het aantal inwoners met psychische stoornissen.

Kinderen die opgroeien onder deze omstandigheden kunnen belemmerd worden in hun ontwikkeling. Dit kan komen door wat ze thuis meemaken of door de verminderde emotionele beschikbaarheid van hun ouders. "Dit verhoogt het risico dat deze kinderen op latere leeftijd zelf psychische problemen ontwikkelen", aldus De Gee. Daarnaast kunnen deze kinderen ook slechtere schoolprestaties leveren, doordat ze zich minder goed kunnen concentreren of vaker afwezig zijn. Ook hebben ze een grotere kans op echtscheiding, moeilijkheden bij het aangaan van relaties en het stellen van grenzen.

Uit het onderzoek blijkt dat een "steunfiguur" in de omgeving van deze kinderen het verschil kan maken. Dit kan bijvoorbeeld de andere ouder zijn. Het is echter belangrijk om te benadrukken dat het onderzoek een momentopname betreft en dat de ernst van de problematiek sterk kan variëren. Er zijn gezinnen die van crisis naar crisis gaan, maar er zijn ook gezinnen waarin beide ouders werken en het gezinsleven draaiende weten te houden.

Meer dan de helft van de ouders uit deze gezinnen heeft contact gehad met een hulpverlener over hun verslaving of psychische klachten in het afgelopen jaar. Dit geeft aan dat er via de volwassenenzorg mogelijkheden zijn om deze kinderen te bereiken voor hulp en ondersteuning, aldus De Gee. Echter, er is nog steeds een grote groep kinderen waarvoor dit niet geldt en daarom is het nodig om andere manieren te vinden om preventie voor deze kinderen mogelijk te maken.