Joodse verzetsman geïdentificeerd 80 jaar na zijn dood

Gepubliceerd op 24/08/2023 11:00 in Binnenland

De Joodse verzetsman Bernard Luza is meer dan 80 jaar na zijn dood geïdentificeerd door de bergings- en identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht (BIDKL). Hij werd in 1943 door Duitse bezetters geëxecuteerd. De stoffelijke resten van Luza lagen sinds 2013 in een naamloos graf op het Nationaal Ereveld Loenen. Uiteindelijk kon Luza door dna-verwantschapsonderzoek worden geïdentificeerd, nadat een neef van de verzetsstrijder in Australië was getraceerd.

Bernard Luza was lid van de Communistische Partij voor Nederland (CPN) en de Nederlandse Volksmilitie (NVM). Hij werd in november 1942 samen met vier anderen gearresteerd tijdens een razzia bij de kledingfabriek Hollandia, waar hij werkte. Luza werd beschuldigd van het oproepen tot sabotage van de fabrieksproductie en verspreiding van de illegale krant De Waarheid. Hij werd gezien als de leider van de verzetsgroep en ter dood veroordeeld.

Een gratieverzoek werd afgewezen en Luza werd geëxecuteerd op een schietbaan in Hoofddorp. In 1945 werd zijn lichaam samen met vier andere lichamen teruggevonden. Drie personen waren eerder al geïdentificeerd, maar nu, bijna 80 jaar na de vondst, is het ook gelukt om verzetsstrijder Luza te identificeren.

"Het onderzoek duurde in totaal ongeveer twaalf jaar", zegt luitenant Els Schiltmans, identificatiespecialist bij BIDKL. Ze voert jaarlijks dna-verwantschapsonderzoek uit en identificeert tientallen vermiste oorlogsslachtoffers. "Twaalf jaar geleden deed een particulier onderzoeksbureau onderzoek naar de stoffelijke resten die in Hoofddorp werden gevonden." Dit bureau gaf destijds de naam van Luza door, maar had geen direct bewijs, aldus Schiltmans.

Schiltmans had mailcontact met nabestaanden van Luza's echtgenote. Zij hadden een afscheidsbrief van Luza, die hij kort voor zijn dood aan zijn gezin schreef. Luza's echtgenote en dochter werden twee maanden na ontvangst van de brief vermoord in het vernietigingskamp Sobibor. Schiltmans hoopte een envelop met een likrand te vinden waaruit dna-materiaal kon worden verkregen, maar helaas hadden de nabestaanden deze niet.

Uiteindelijk herkende de onderzoeker een naam in de mailwisseling die ook in de stamboom van Luza voorkwam. "Toen dacht ik: 'Dat kan een match zijn!'" Het bleek de zoon van de zus van Luza te zijn, die na de oorlog naar Australië was geëmigreerd. Met zijn dna-materiaal konden de stoffelijke resten worden geïdentificeerd.

Het identificatieproces van Bernard Luza heeft dus vele jaren geduurd, maar dankzij het dna-verwantschapsonderzoek en de betrokkenheid van zijn neef kon hij eindelijk een naam krijgen. Dit biedt nabestaanden en de samenleving een gelegenheid om zijn leven en zijn bijdrage aan het verzet te eren en te herinneren.

Lees meer nieuws in binnenland