Klimaatbeleid na het Parijsakkoord: wat heeft het écht veranderd?

Gepubliceerd op 09/11/2025 11:00 in Binnenland

#

Tien jaar geleden werd het historische Parijsakkoord gesloten om de opwarming van de aarde te beperken. Nu staat de klimaattop COP-30 in Brazilië voor de deur, maar de verwachtingen zijn niet zo hoog als in 2015. Ondanks dat het te laat is om de groene trend te keren, is er wel behoefte aan een nieuwe versnelling van het klimaatbeleid.

Voorheen waren de hoge kosten van de energietransitie een drempel voor veel landen, maar dankzij slimme diplomatie en druk van politici zoals voormalig Amerikaanse president Barack Obama werd de conferentie een succes. Het streven naar een economie zonder uitstoot werd het nieuwe normaal.

De wereld is dankzij het Parijsakkoord nu op koers om de opwarming te beperken tot tussen de 2,5 en 3 graden, in plaats van de eerder voorspelde 3,5 tot 4 graden. Goedkope groene energie heeft hier een cruciale rol in gespeeld, met zon en wind die nu goedkoper zijn dan fossiele brandstoffen. China heeft hierin een belangrijke rol gespeeld als hofleverancier van zonnepanelen en duurzame energie.

Echter, er zijn zorgen over vervuiling door het delven van grondstoffen voor groene energie, maar experts benadrukken dat dit nog steeds vele malen minder is dan de delving van fossiele brandstoffen. Terwijl sommige sectoren, zoals de auto-industrie, meer tegensputteren in de energietransitie, blijft de elektrificering van de economie doorgaan.

Hoewel Trump en andere leiders de energietransitie kunnen vertragen, is er eigenlijk een versnelling nodig om onder de 2 graden opwarming te blijven. De experts benadrukken dat de capaciteit en technologieën voor een wereldwijde energietransformatie al aanwezig zijn, maar dat dit vooral een politieke keuze is. Het verhaal dat de transitie te grote offers kost, wint aan invloed, terwijl dit niet per se correct is.