Meerderheid Nederlandse mannen vindt dat ze moeten ingrijpen bij seksistische opmerkingen, maar doet het niet altijd

Gepubliceerd op 04/11/2025 10:00 in Binnenland

Uit een representatief onderzoek van Ipsos I&O blijkt dat een meerderheid van de mannen in Nederland vindt dat ze moeten ingrijpen als een man in hun omgeving een seksistische opmerking maakt. Echter, ruim zes op de tien mannen hielden zich in het verleden weleens in, terwijl ze achteraf wel hadden willen reageren.

Om mannen aan te moedigen zich vaker uit te spreken, lanceert de Rijksoverheid de campagne 'Man, zeg er wat van!'. Mariëtte Hamer, regeringscommissaris seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld, benadrukt het belang van dit onderzoek. Ze wilde weten of mannen bereid zijn om in te grijpen bij seksistische opmerkingen of ongewenste betastingen.

Het onderzoek toonde aan dat negen op de tien mannen het belangrijk vinden dat er aandacht wordt besteed aan seksueel grensoverschrijdend gedrag. De relatie tot het slachtoffer speelt hierbij een rol: mannen voelen zich meer betrokken als het bijvoorbeeld om hun dochter of vriendin gaat.

Redenen waarom mannen niet altijd ingrijpen zijn onder andere twijfel over de ernst van het gedrag, niet weten wat ze moeten zeggen en angst om de sfeer te verpesten. Daarnaast denkt maar een kwart van de mannen dat vrienden positief zouden reageren als ze hen aanspreken op hun gedrag.

De recente media-aandacht voor de veiligheid van vrouwen, zoals bij de moord op Lisa uit Abcoude, heeft ertoe geleid dat 34 procent van de mannen seksueel grensoverschrijdend gedrag als een groter probleem is gaan zien. Dit vergroot het bewustzijn rond dit onderwerp.

Voor het onderzoek vulden 924 mannen van 18 jaar en ouder een enquête in tussen 15 en 22 september. Ipsos I&O heeft de resultaten gewogen op leeftijd, opleidingsniveau, regio en stemgedrag, waardoor ze representatief zijn voor alle volwassen mannen in Nederland.