Extreemrechtse symbolen en leuzen bij demonstraties: wat is strafbaar en wat valt onder vrijheid van meningsuiting?
Gepubliceerd op 13/10/2025 18:00 in Binnenland
Bij recente demonstraties in Den Haag, Amsterdam en Amersfoort werden extreemrechtse symbolen en leuzen gebruikt, zoals de Hitlergroet en de Prinsenvlag. Dit heeft geleid tot verontwaardiging en discussie over wat wel en niet strafbaar is binnen de vrijheid van meningsuiting.
Officier van justitie Willem Nijkerk van het Landelijk Expertise Centrum Discriminatie (LECD) legt uit dat discriminerende uitingen strafbaar zijn wanneer ze in het openbaar worden gedaan. Dit geldt zelfs voor besloten chatgroepen. Het strafrecht stelt dat discriminatie strafbaar is als haat, geweld of uitsluiting wordt aangewakkerd tegen een groep mensen op basis van ras, godsdienst, seksuele geaardheid of handicap.
Hoewel beledigende of kwetsende opmerkingen vallen onder vrijheid van meningsuiting, wordt de grens overschreden als een groep bewust wordt aangevallen of aangezet tot haat. Het roepen van 'kankerjoden' en 'Heil Hitler' is in principe strafbaar, maar de omstandigheden spelen een rol.
De Hitlergroet op zichzelf is niet strafbaar, maar kan dat wel worden als er discriminerende uitspraken bij worden gedaan. Zo werd een man in Amsterdam gearresteerd na het brengen van de Hitlergroet en het roepen van een racistische leus.
De Prinsenvlag, die in het verleden door de NSB werd gebruikt, is op zichzelf niet strafbaar. Echter, als deze vlag wordt gebruikt bij het plegen van strafbare feiten met een discriminatoire achtergrond, kan dit wel meewegen in de rechtszaak.
De politie maakt ter plaatse afwegingen over het optreden tegen strafbare uitingen, afhankelijk van de situatie. Achteraf kunnen verdachten ook worden vervolgd met behulp van OSINT-onderzoek. Aangifte doen wordt altijd geadviseerd, zelfs als het lijkt alsof het geen zin heeft.
Frans Timmermans heeft aangifte gedaan nadat hij in een Amsterdams café werd belaagd en werd uitgescholden. De man bracht daarna de Hitlergroet. Dit incident laat zien dat de grens tussen vrijheid van meningsuiting en strafbare uitingen soms vaag kan zijn.