Onderzoek toont aan: herkomst verdachte beïnvloedt strafproces
Gepubliceerd op 20/06/2025 00:00 in Binnenland
Uit nieuw onderzoek van het WODC van het ministerie van Justitie en Veiligheid blijkt dat de herkomst van een verdachte invloed heeft op wat er met diegene gebeurt als hij met justitie in aanraking komt. Het onderzoek, op initiatief van oud-minister Grapperhaus, is gedaan naar aanleiding van eerdere cijfers die aantoonden dat in Nederlandse gevangenissen meer mensen met een migratieachtergrond zitten dan verwacht.
De onderzoekers hebben gekeken naar hoe verdachten door het strafproces gaan, rekening houdend met factoren zoals het soort misdrijf, eerdere contacten met de politie, opleidingsniveau en huishoudinkomen. Ze ontdekten dat in de strafrechtketen het aandeel mensen met een migratieachtergrond bij elke stap toeneemt, zowel bij minderjarigen als bij volwassenen.
Door het koppelen van gegevens van verschillende instanties, concludeerden de onderzoekers dat jongeren met een migratieachtergrond een grotere kans hebben op jeugddetentie dan jongeren met een Nederlandse herkomst. Ook volwassenen met een migratieachtergrond hebben naar schatting een grotere kans op een gevangenisstraf.
Hoewel deels verklaarbaar door het type delicten waarbij mensen met een migratieachtergrond vaker betrokken zijn, blijven er onverklaarbare verschillen. De onderzoekers suggereren dat etnische selectiviteit een rol speelt in de strafrechtketen, waarbij de herkomst van de verdachte van invloed is op de uitkomsten van het strafproces.
Er zijn aanwijzingen voor bewuste of onbewuste discriminatie, vooral onder Caribische Nederlanders en Marokkaanse Nederlanders. De onderzoekers pleiten voor een 'justitiële gelijkheidsmonitor' om inzicht te krijgen in hoe verschillende groepen door de strafrechtketen gaan. Ook wordt voorgesteld om te experimenteren met het blind afhandelen van bepaalde delicten, waarbij de rechter geen informatie heeft over de verdachte.
Het is belangrijk om te benadrukken dat etnische selectiviteit niet altijd voortkomt uit een negatief sentiment, maar ook kan worden beïnvloed door factoren zoals het gedrag van de verdachte en andere persoonlijke omstandigheden. Het rapport benadrukt het belang van gelijke kansen in het strafproces voor iedereen.