Staat niet aansprakelijk voor leed afstandsmoeders

Gepubliceerd op 13/03/2025 14:00 in Binnenland

Het gerechtshof in Den Haag heeft in hoger beroep besloten dat de Staat niet aansprakelijk kan worden gesteld voor het leed dat afstandsmoeders is aangedaan. Dit naar aanleiding van de zaak van afstandsmoeder Trudy Scheele en vrouwenrechtenorganisatie Bureau Clara Wichmann, die hoger beroep hadden aangetekend na een eerdere afwijzing in 2022 door de rechtbank in Den Haag.

De rechtbank had destijds geoordeeld dat de druk om een kind af te staan voornamelijk voortkwam uit maatschappelijke en religieuze organisaties. Het hof heeft nu ook bepaald dat de Staat niet aansprakelijk kan worden gesteld, vanwege de grote variatie in persoonlijke omstandigheden van de duizenden vrouwen die in bijna dertig jaar tijd hun kind hebben afgestaan.

Hoewel het hof erkent dat er sprake is van een zwarte bladzijde in de geschiedenis en dat het leed reëel is, benadrukken zij dat de zaak van Trudy Scheele is verjaard. Scheele was zwanger in de jaren 60 en beviel ongehuwd van een zoon die ze destijds niet mocht zien. Pas na 50 jaar kreeg ze haar dossier onder ogen en ontdekte ze de moeilijke omstandigheden waarin haar zoon had geleefd.

Het hof benadrukt dat de uitspraak niet betekent dat de afstandsmoeders zelf schuld hebben aan het afstaan van hun kind. De rechters begrijpen dat de uitspraak in hoger beroep waarschijnlijk als een klap komt voor de vrouwen, maar stellen dat dit niet betekent dat zij verantwoordelijk zijn voor de situatie.

De zaak van Trudy Scheele is volgens het hof verjaard, aangezien ze twintig jaar de tijd had om de Staat aansprakelijk te stellen en dit pas in 2019 heeft gedaan. Ondanks dat de zaak verjaard is, blijft het leed dat afstandsmoeders hebben ervaren onverminderd relevant en invoelbaar.